BIJZONDERE DAGEN |
||
IJSHEILIGEN |
11 - 14 mei |
|
Vaak is het in deze periode wat kouder en kan het tot nachtvorst komen. De IJsheiligen beginnen traditioneel op 11 mei en eindigen op 14 mei. Volgens sommigen beginnen de IJsheiligen al op 9 mei beginnen en in Duitsland telt men soms 15 mei er ook nog bij. In de volksweerkunde zijn de IJsheiligen een belangrijk keerpunt: Na deze dagen is de kans op zware nachtvorst vrijwel verdwenen en kan het jonge pootgoed naar buiten. |
||
SCHAAPSCHEERDERS KOUDE |
BEGIN JUNI |
|
Met de schaapscheerder koude wordt doorgaans het mistroostige bewolkte en koele weer bedoeld wat in juni nog wel eens wil voorkomen. Het is genoemd naar de tijd dat traditioneel de schapen geschoren worden. |
||
REGEN HEILIGEN |
ZOMER |
|
Veel weerspreuken in de zomer maken melding over de angst op verregende zomers. Waar tegenwoordig alleen de prijzen in de buurtsuper wat hoger worden, konden in vroegere tijden zo hele oogsten mislukken of op zijn minst verregenen en verzuipen wat regelrecht leidde tot hongersnoden. De reeks begint met Medardus op 8 juni en hij geldt als beschermer voor te natte zomers. Met betrekking tot de regenheiligen bestaat er ook nog aan aardige sage over St. Margriet op 10 juni. Onze Middeleeuwers hadden het weerbeeld toch wel vrij aardig in gaten. Een karakteristieke weersituatie waarin het vaak regent laat zich niet zomaar opruimen. Een eenmaal ingezet circulatie patroon met onbestendig weer kan zich zich lang handhaven. Maar natuurlijk regent het ook dan niet op alle dagen; maar regenbuien blijven wel de boventoon voeren. |
||
HONDSDAGEN |
JUL/AUG |
|
Traditioneel worden de Hondsdagen de warmste periode van het jaar beschouwd. Maar juist in deze periode hebben we ook veel Regenheiligen. Een regenrijke zomer laat over het algemeen geen grote hitte toe. De hitte, of in elk geval het mooiere weer wordt verwelkomt, zeker met de oogsttijd in aantocht. Regen in deze periode kan de gewassen op het land doen verzuipen en wordt met grotere kans op misoogsten vervloekt. Astronomisch
Onze breedte op de aardkloot is veel hoger. Wij zien de sterrenhemel daardoor anders. De dagen zijn in de zomer langer en we zien dus minder van de sterrenhemel dan in de winter. Zo begint de ochtendschemering zomers eerder dan in Egypte. Mede daardoor treedt er aanzienlijke vertraging van het weer zichtbaar worden van Sirius ten opzichte van Egypte. Op zijn vroegst op 25 augustus maken we kans om iets van Sirius in de ochtendschemering op te vangen. Wanneer we uitgaan van deze datum dan staat 's ochtends Sirius al een kwartier boven de horizon terwijl het nog een half uur duurt voor de zon opkomt. Lager aan de horizon kunnen we Sirius niet waarnemen omdat het zicht hier altijd door waterdamp, wolken of grondnevel beperkt wordt, wat nog eens versterkt wordt door het coulissen effect. Al met al geen gunstige omstandigheden omdat het dan ook al sterk schemert. Maar u kunt het proberen. Astrologisch Einddata Zomerhitte |
||
OUDEWIJVENZOMER |
17-25 sep |
|
Periode met warme dagen in de tweede helft van september. De herkomst van de naam is onduidelijk, maar kan te maken hebben met oude Germaanse of Noorse mythologie, waar noodlotsgodinnen al spinnend of wevend afgebeeld worden. De gesponnen draden verwezen naar de levensdraden van het leven. Oorspronkelijk stonden vrouwelijke watergeesten met lange blondeharen mogelijk model voor het begrip "oudewijven", later werd de gesponnen draden toegeschreven aan oude breiende vrouwen en spinraggen en -draden in de vrije natuur. Er zijn nog een aantal nazomertjes bekend, maar deze worden genoemd naar heiligen. |
||
ST. MICHIELSZOMER |
29 sep |
|
Periode met warme dagen rond 29 september. | ||
KRANENZOMER |
BEGIN OKT |
|
Periode met warme dagen begin oktober en genoemd naar de kraanvogel welke dan in ons land op vogeltrek is. | ||
ST. GUMMARUSZOMER |
11 okt |
|
Periode met warme dagen rond 11 oktober. | ||
ST. LUCASZOMER |
18 okt |
|
Periode met warme dagen rond 18 oktober. | ||
IJSDUIVELS |
28 okt |
|
Tegenover de IJsheiligen staan de IJsduivels. Hiermee wordt de periode 28 oktober tot 2 november bedoeld. Waar de IJsduivels vandaan komen is mij nog niet geheel duidelijk, maar het kan te maken hebben met de donkere winterperiode. De Middeleeuwer was bijzonder bijgelovig en meende dat bos en veld 's nachts werd bevolkt door demonen. Voorbeelden zijn de Witte Wiev'n. Nachtelijke mistflarden die tussen de bomen door kronkelen en beschenen worden door de maan werden als beangstigend beschouwd. Met het ruizen van de wind door het gras leek het net als de Witte Wiev'n met onzichtbare seizen het gras maaiden, voeg daarbij de roep van een verre uil, het krakende vallen van een takje en het ritselen van een muis en het winterse spookslot is kompleet. Juist met de IJsduivels wordt dan het begin van de donkere wintertijd ingeluid en de eerste serieuze vorst kan vanaf heden verwacht worden. Na de IJsheiligen kunnen de éénjarige planten naar buiten en voor de IJsduivels moeten ze weer naar binnen. |
||
ST. MAARTENZOMER |
11 nov |
|
Periode met warme dagen rond 11 november | ||
ST. NICOLAASWINTER |
06 dec |
|
Een vorstperiode rond St. Nicolaas wordt vaak het Sinterklaaswintertje genoemd. |