10 KOUDEFRONT PASSAGE/'S AVONDS UITSTERVENDE BUIEN IN DE KOUDE SECTOR
OMSCHRIJVING
We kijken hier onder de wolkenbasis door naar een fel opklaringsgebied van de polaire/arctische luchtmassa's. Na passage van een koudefront klaart het gewoonlijk op. Bij een warmtefront passage (situatie 08) is er duidelijk meer bewolking aanwezig of klaart het in het geheel niet op.
In dit voorbeeld is het front in de avonduren gepasseerd, maar dat kan natuurlijk op elk ander tijdstip. Vindt het passeren overdag plaats, dan kan in de koude luchtmassa cumulus ontstaan, die later tot buien kunnen uitgroeien.
De bewolking van dit voorbeeld behoort tot een overtrekkend koudefront, waartoe we ook wegtrekkend frontaal onweer rekenen. De laatste buien zijn in het licht van de ondergaande nog zichtbaar als valstrepen aan rechtererzijde van de foto. Na de passage van het front zullen de opklaringen overtrekken. Vooral in het winterhalfjaar kan het daarbij sterkt afkoelen en er kan op uitgebreide schaal vorst aan de grond (situatie 28) voorkomen. De wind zwakt daarbij af. Verder kunnen boven de vochtige grond mistbanken (situatie 17) ontstaan (rechts). Het is dan windstil en er ontstaat vlak boven het aardoppervlak een inversie. In de koude luchtlaag aan het aardoppervlak bevindt zich de mist, boven de mist is het aanmerkelijk minder koud. (vergelijk met situatie 16 voor de verschillen). Op deze situatie kan in het winterhalfjaar (de volgende dag) situatie 11/13 volgen. Daarbij treedt een dagelijkse gang op waarbij gedurende het winterhalfjaar de buienactiviteit in het binnenland gedurende de avond en nacht afneemt in het binnenland, om overdag weer op te leven. In het zomerhalfjaar treedt vaak situatie 12/13 op. Deze situatie kan daarom ook volgen op 11/12/13, waarbij in de koude sector de buien overdag opleven en in de avond uitsterven.