Nederlands English Home Contact Disclaimer Sitemap Nieuw/New

WEERSPREUKEN

STERRENHEMEL

 

 

KOMETEN, NOORDERLICHT

 
Noorderlicht, brengt oorlog. Kometen, geven slechte tijden.
 

 

MAAN

 
De eerste en de tweede dag niets,
de derde dag zegt iets,
maar zo de vierde en de vijfde dag zal zijn,
zo is het de hele maneschijn
Kring om de maan,
regen komt aan.
   
Is de maan in de storm geboren,
't zal de hele maanloop duren.
Als een donkere stralenkrans de maan omringt,
volgt een maand vol neerslag of bewolking.
   
Bij nieuwe maan noordenwind,
een koele regen volgt mijn vrind.
Een kring om de maan, 
geeft wind op de baan.
   
Bij nieuwe maan noordenwind,
brengt regen gezwind.
Een kring rond maan, 
de vorst van de baan (winter).
   
Nieuwe maan met donkere vlekken,
kan tot bewijs van regen strekken.
Is om de maan geen rand,
dan houdt het weer nog langer stand.
   
Nieuwe maan met helder licht,
geeft ons van droogte 't bericht.
Staat de maansikkel rechtop, druipmaan,
ligt ze achterover, droogmaan.
   
Vorst met nieuwe maan,
dan kun je de schaatsen gaan. (Winter)
Als de maan halfvol is en eenigszins schuin op de rug ligt, terwijl er een ster zeer dicht bij staat, dan is ongunstig weer te verwachten.
   
Door het schijnen van de maan,
kunt ge het weer verstaan.
Een ster dicht bij de maan,
kondigt wel eens regen aan.
   
Een bleke maan kondigt regen aan.

Een sterretje vlak bij de maan,
kondigt ons wel eens storm aan.

   
Bleke maan: regen,
rossige maan: wind,
heldere maan: mooi weer.
Staat er een sterretje (ook wel klapper of verklikker genoemd) dicht bij de maan, wind.
   
Een waterige zon en bleke maan,
kondigen meestal regen aan.
Noordenwind met volle maan,
kondigt een strenge winter aan.
   
Kring om de maan,
zal in regen vergaan.
 
 

 

STERREN

 
Vallende sterren brengen regen en wind. Schijnen de sterren groter dan gewoon, komt er regen of wind.
   
Veel heldere sterren aan de hemel,
geven blijvend mooi weer.
Als de sterren groter worden, komt er verandering van het weer.
   
Schitteren de sterren opvallend helder,
kondigen deze mooi weer aan. (Zomer)
Een ster dicht bij de maan,
kondigt wel eens regen aan.
   
Schitteren de sterren opvallend helder,
vertellen ze dat er strenge vorst komt. (Winter).
Een sterretje vlak bij de maan,
kondigt ons wel eens storm aan.
   
Bleke sterren, slecht weer. Staat er een sterretje (ook wel klapper of verklikker genoemd) dicht bij de maan, wind.
 

 

ZON

 
Een grote zon en bleek van schijn,
zal zowaar een regen zijn.
Wanneer een dunne lichtkrans de zon omringt,
komt de regen zeker.
   
Bleke zon,
regenzon.
Een ring om de zon, is regen zonder pardon.
   
Een waterige zon en bleke maan,
kondigen meestal regen aan.
Kring om de zon, een volle waterton.
   
Kruipt de zon in haar nest,
dan regent 't de volgende dag z'n best.
Een kring om de maan kan nog gaan,
maar een kring om de zon,
daar huilen vrouw en kinderen om.
   
Gaat de zon onder in een nest (achter wolken),
binnen drie dagen, regen of wind uit de west.
Als de zon water trekt,
is het een teken van schoon weer.
   
Gaat de zon in een nest,
morgen wind uit de west.
't Zal schoon kommen, de zunne trekt water.
   
De zon in een nest,
de wind uit de west,
brengen regen op z'n best.
De zon op sporen, 
daar is noordenwind mee geboren.
   
De zon in een nest,
het ijs op z'n lest. (Winter)
Als de zon steekt,
komt er zeker regen.
   
Een krans om de zon,
regen in de ton.
Als de zon steekt,
weet dat ze regen preekt.
   
Rood rond de zon,
regen in de ton.
Zoo de wind is, als de zon de linie passeert, waait hij drie weken.
 
Staat de zon op stutten, regen.