SAGEN EN LEGENDEN

ZOMERSNEEUW

TOELICHTING

In uitzonderlijke gevallen kan het ook in de zomer tot sneeuw komen. De beste situatie hiervoor is een zware bui die met de vallende neerslag een grote hoeveelheid koude lucht naar het aardoppervlak voert. Het mag daarbij niet al te warm zijn. Zo'n sitauatie deed zich op 2 juni 1975 te Huizen voor. Om 12:30 hr was het nog 14,6°C, maar gedurende de middag trok een reeks buien over het Gooi en bij elke bui daalde de temperatuur. Om 18:00 hr was het nog slechts 4,5°C. Rond 18:30 hr waren er tussen de regendruppels snel vallende natte sneeuwvlokken te zien en rond 18:40 hr had de sneeuw een winters dwarrelend karakter met dikke vlokken.
Wil de neerslag als sneeuw het aardoppervlak kunnen bereiken, dan moet aan een groot aantal voorwaarden voldaan worden. Het dauwpunt (het condensatiepunt van water in de atmosfeer) moet aan het aardoppervlak voldoende laag zijn, in elk geval lager dan 3°C. Bovendien mag de luchttemperatuur niet te hoog zijn en moet de vorstgrens beneden de 1 km hoogte liggen. Er zijn nog enkele randvoorwaarden, maar sneeuw in de zomer is mogelijk. De neerslag behoorde bij een koudefront welke in Groot Brittanië op uitgebreide schaal sneeuw bracht in de ochtend van 2 juni; dus tijdens het temperatuurminimum van de dag.
Onderstaande sage geeft een vrouw vrijspraak nadat de rechte haar schuld trachtte te bewijzen door de uitspraak: "zomin er sneeuw kan vallen in de zomer, zomin kan de vrouw onschuldig zijn." Maar omdat het begon te sneeuwen werd de vrouw onschuldig bevonden. In Horst, waar de sage zich afspeeld, geschiedde de rechtspleging onder eene eeuwenoude linde op de voorhof van de burcht, en hier zegt men het zo: :
"Kint geer in Canne deen auwe lin, dee tegen De berg, kort aon 't klein kapelke steit, Zen blajerkroen, die is zoe dîk, dat rege noch zonneschijn, noch wint terdoor en geit." Mooi klinkt vooral en als ge in de buurt van Canne komt, moet ge het door een inwoner eens laten zeggen!: "Zoe min es 't noe in zomerhits kaan snieë. En 't nach kaan zijn in volle dageschijn, Zoe min mag geer gebruuk en wet versmieë. En zal dees vrouw zich vrijgesproke zien."

ZOMERSNEEUW

Een vrouw treft sinds ze weduwe is veel ongeluk. Op een dag besluit ze om te gaan werken in Maastricht. Als ze thuis komt blijkt haar zoon te zijn vermoord. Ze heeft hierom zoveel verdriet dat ze geen traan kan plengen. Om deze reden wordt ze zelf beschuldigd van de moord op haar kind en moet ze zich verantwoorden bij de zeven schepenen onder de linde. De schot spreekt als vonnis uit; "zomin er sneeuw kan vallen in de zomer, zomin kan de vrouw onschuldig zijn." Enkele seconden later gaat het sneeuwen. de vrouw wordt onschuldig verklaard. De aanklager werd nimmer meer gevonden.