Westlage, antizyklonal
West-circulatie, boven Midden Europa overwegend anticyclonaal
BESCHRIJVING
Atlantische fronten bewegen zich rond 60°NB. In deze stroming verplaatsen randstoringen zich van de Atlantische Oceaan westelijk van Schotland via het noorden van de Britse eilanden en het zuiden van Scandinavië naar de Baltische staten. Uitlopers van fronten kunnen Midden Europa nauwelijks bereiken, of anders in afgezwakte vorm. Het sturende lage drukgebied aan de grond en op grote hoogte ligt meestal noordelijk van 65°NB. De kern van het hoge drukgebied bevindt zich doorgaans noordelijk van de Azoren met een uitloper die vaak tot West Europa reikt.
KARAKTER
Lente
Warmer dan normaal. Neerslag beneden normaal.
Zomer
Dagelijkse maxima boven normaal, dagelijkse minima rond normaal, etmaalgemiddelden boven normaal, Neerslag beneden normaal.
Westlage, zyklonal
West-circulatie, boven Midden Europa overwegend cyclonaal
BESCHRIJVING
Randstoringen verplaatsen zich, afgewisseld met ruggen van hoge druk, langs fronten welke liggen tussen 50-60°NB van de Atlantische Oceaan westelijk van Ierland, over de Britse Eilanden en via de Noord- en Oostzee naar Oost Europa. Vooral in de winter buigen zij daarna af in noordoostelijke richting. Het sturende lage drukgebied ligt overwegend noordelijk van 60°NB. Boven het Europese deel van de Noordelijke IJszee en boven de Noordelijk Atlantische Oceaan is daardoor de luchtdruk laag. Het Azorenhoog bevindt zich op zijn normale positie, maar uitlopers reiken tot in Zuid-Frankrijk en vaak tot de Alpenlanden. Boven Italië is de luchtdruk vaak hoog.
KARAKTER
Lente
Dagelijkse maxima normaal, dagelijkse minima boven normaal, tendens etmaal gemiddelden boven normaal. Neerslag boven normaal.
Zomer
Kouder dan normaal. Meer regendagen en natter dan normaal, maar in het West en Zuid Europa beneden normaal.
De frontale zone loopt via de Atlantische Oceaan zuidwestelijk van Ierland, over de Golf van Biskaje, Frankrijk en Zuid Duitsland naar Oost Europa en buigt daar het noorden om. De fronten liggen overwegend ten zuiden van 50°NB. Het noordelijk deel van de Middellandse zee staat daarbij ondervloed van lage drukgebieden. De kern van het sturende lage drukgebied ligt meestal ten zuiden van 60°NB. Daardoor ligt het noorden van de Atlantische Oceaan en delen van de Noorse zee onder invloed van een koud hoog met oostelijke winden. Uitlopers van het Azorenhoog reiken niet verder dan Noordwest en Noord Afrika. De 1015 hPa isobaar bevindt zich meest zuidelijk van de Pyreneeën en het westelijke Middellandse zeegebied.
KARAKTER
Lente
Dagelijkse maxima normaal, dagelijkse minima boven normaal, tendens etmaal gemiddelden boven normaal. Neerslag boven normaal.
Zomer
Kouder dan normaal. Meer regendagen en natter dan normaal, maar in het West en Zuid Europa beneden normaal.
Een uitgesproken frontale zone loopt tussen 50-60°NB van de Atlantische Oceaan naar Midden Europa. Hier buigen de fronten aan de westflank van een blokkerend Russisch hoog naar het noorden af. De fronten trekken West Europa in, maar worden tussen de Elbe en Weischel stationiar. Oost Europa ligt daarbij onder invloed van het Russische hoog.
KARAKTER
Lente
Dagelijkse maxima beneden normaal, dagelijkse minima rond normaal of iets te hoog, etmaalgemiddelden normaal tot iets te laag. Neerslag boven normaal, m.u.v. zuidoost Midden Europa.
Zomer
Dagelijkse maxima beneden normaal, dagelijkse minima normaal of iets te hoog, etmaalgemiddelden normaal tot iets te laag. Neerslag boven normaal, m.u.v. West Europa.