Een weerkundige synoptische code is een verkorte zakelijke weergave van meteorologische waarnemingen, gedaan op een bepaald tijdstip. In dit voorbeeld gaan we aan de hand van een fictieve rapporten de code ontrafelen met gegevens die noodzakelijk zijn om een stationsplot te maken.
De synoptische code wordt gebruikt voor elk ander weerstation dan luchthavens en (militaire) vliegvelden. Voor deze stations worden METARS gebruikt.
SYNOPTISCHE CODE
Het rapport begint met een header. Hierin staan enkele kerngegevens over de herkomst en tijdstip van de waarnemingen. Elk landstation is verplicht om sectie 0 en 1 in de synoptische rapporten op te nemen. In deze sectie wordt de plaats van het station aangegeven en de belangrijkste waarnemingen. Hiervoor is het onderstaande model gebruikelijk.
Codegroepen welke niet in gebruik zijn worden in het rapport weggelaten. In de uitleg worden deze codes wel vermeld, maar in het voorbeeldrapport ontbreken deze dus.
De header, sectie 0 en 1 zijn verplicht. Sectie 2 is verplicht voor kuststations die ook maritieme waarnemingen verrichten en voor alle offshore stations. Het bevat gegevens over zeegolven, deining, ijsgang en zeewatetemperatuur.
Naast deze internationale codegroepen zijn er ook regionale en nationale codegroepen in gebruik. Regionale groepen beginnen met 333. Het gebruik van sectie 4 (wolkengegevens) wordt nationaal vastgesteld en sectie 5 bevat uitsluitend nationale codegroepen. Deze sectie is niet in dit overzicht opgenomen. Bij offshorestations (ships) worden alleen de secties 0 t/m 3 gebruikt.
HEADER
S
M
N
L
1
0
E
H
D
B
0
3
1
8
0
0
De eerste twee letters geven het waarnemingsuur aan volgens onderstaande tabel. Daarna volgt de landcode, in dit geval Nederland en het bulletin nummer. Dan volgt de locatie indicator, voor de Bilt als verzamelstation/hoofdstation van Nederland is dat EHDB. De reeks getallen die daarop volgt geven achtereenvolgens dag van de maand (03) en het uur waarop het rapport betrekking heeft (1800).
code
omschrijving
uren UTC
SI
Synopt Intermediate Hours
03:00; 09:00; 15:00; 21:00
SM
Synopt Main Hours
00:00; 06:00; 12:00; 18:00
SN
Synopt Non Standard Hours
Alle overige uren.
SECTIE 0
Mi
Mi
Mj
Mj
Y
Y
G
G
iw
l
l
i
i
i
A
A
X
X
0
3
1
8
1
0
6
2
6
0
De eerste groep AAXX geeft aan dat het een rapport van een landstation betreft. BBXX zijn voor offshore stations. YYGG staat voor de dag in de lopende maand en het waarnemingsuur. iw Geeft aan hoe de windwaarnemingen verricht zijn en in welke eenheden. Is de waarde 0 of 1 dan is deze in m/s, 2 of 3 in knopen. Een even getal is een gemeten waarde. Oneven is geschat.
II is het bloknummer, de regio waar het station gelegen is en iii de stationscode, in dit geval De Bilt. Bij offshore stations (BBXX) wordt dit vervangen door 99LaLaLa QcLoLoLoLo, de breedte en lengte in tienden. De voorloper 99 kan worden genegeerd. Qc geeft een indicatie voor het aardkwadrant:
0 geen opgave; 1 NO; 3 ZO;
5 ZW; 7 NW.
SECTIE 1
iR
iX
h
V
V
N
d
d
f
f
1
sn
T
T
T
2
sn
Td
Td
Td
1
1
3
6
6
7
2
3
2
0
1
0
2
0
3
2
0
1
3
8
3
Po
Po
Po
Po
4
P
P
P
P
5
a
p
p
p
6
R
R
R
tR
4
0
1
0
5
5
3
0
0
5
6
0
1
3
1
7
w
w
W1
W2
8
Nh
CL
CM
CH
7
8
0
9
8
8
4
2
5
2
code
omschrijving
iR
sectie indicator voor neerslaggegevens; 1 = sectie 1, 2= sectie 3; 3 en 4 geen neerslaggevens,
iX
soort station; 1,2 of 3 bemand; 4,5 of 6 onbemand,
h
hoogte wolkenbasis laagste wolkensoort:
0
0
-
50 m
1
50
-
100 m
2
100
-
200 m
3
200
-
300 m
4
300
-
600 m
5
600
-
1000 m
6
1000
-
1500 m
7
1500
-
2000 m
8
2000
-
2500 m
9
>2500
/
onbekend
VV
horizontaal zicht:
00 t/m 50 in stappen van 100 meter (0 t/m 5 km, 00 = <0,1; 01 = 0,1 km enz). Van 56 t/m 80 in stappen 1 km (6 t/m 30 km). Van 81 t/m 89 in stappen van 5 km (35 t/m >70 km). 90-99 zichtmeldingen op zee; 90-93 < 1km; 94-96 1 tot 10 km;
97-99 > 10 km.
Gedeelte van de hemel bedekt met wolken CL (of CM indien geen wolken CLaanwezig) in achtste delen; 9 is geen schatting mogelijk; / geen schatting verricht.
Deze sectie is verplicht voor ships, offshore en kuststations.
code
omschrijving
222
Sectie aanduiding.
Ds
Voor een schip geldt dat Ds de koers van het schip aangeeft: 0, stilliggend; 1, NE; 2, E; enz; 9 onbekend. vs
vs
Geeft voor een schip de snelheid in knopen aan; 0, stilliggend, 1, 1-5 kn; 2, 6-10 kn; enz.
0
Kengetal
sn
Waarde van de temperatuur, 0 is positief; 1 is negatief.
TwTwTw
Zeewatertemperatuur op tienden nauwkeurig in °C.
1
Kengetal
PwaPwa
Golfperioden in seconden, geschat.
HwaHwa
Golfhoogte in eenheden van halve meters, geschat; 1, 0,5 m; 2, 1,0 m enz
2
PwPw
Golfperioden in seconden, uit instrumentele metingen
HwHw
Golfhoogte in eenheden van halve meters, uit instrumentele metingen; 1, 0,5 m; 2, 1,0 m enz
3
Kengetal
dw1dw1
Richting van deining in eenheden van 10°
dw2dw2
Richting van tweede deining in eenheden van 10° of / indien geen tweede deining.
4
Kengetal
Pw1Pw1
Deiningsperioden in seconden.
Hw1Hw1
Deiningshoogte in eenheden van halve meters; 1, 0,5 m; 2, 1,0 m enz
5
Kengetal
Pw2Pw2
Deiningsperioden tweede deining in seconden.
Hw2Hw2
Deiningshoogte tweede deining in eenheden van halve meters; 1, 0,5 m; 2, 1,0 m enz. Groep 5 ontbreekt als er geen tweede deining is.
6
Kengetal
Is
Vorm van ijsafzetting op schepen, door stuifwater, mist, regen of combinaties.
EsEs
Dikte van ijsafzetting in hele cm.
Rs
Karakter ijsafzetting; 0 ongewijzigd; 1 en 2 toename, 3 en 4 afname. Oneven langzaam, even snel.
ci
Concentratie en rangschikking zee-ijs; 0 en 1 geen of weinig pakijs; 2 tot 5, toename van pakijs, concentratie is overal hetzelfde; 6 tot 9, toename van pakijs in wisselende concentraties.
Si
Ontwikkelingsstadium van het ijs; 0 tot 4, jong ijs, maximaal 1 winter oud; 5 tot 8 jong ijs, maximaal 1 jaar oud; 9 overjarig ijs. Hoe hoger het cijfer des te dikker het ijs.
bi
IJs oorspronkelijk op land gevormd (IJsbergen). Hoe hoger het cijfer des te gevaarlijker de ijsbergen.
Di
Richting van het zee-ijs; 0 schip in doorgang; 1, NE; 2, E; enz; 9 schip ingesloten.
zi
Toestand en ontwikkeling van zee-ijs in voorafgaande 3 uur. Hoe hoger het cijfer des te slechter de omstandigheden.
SECTIE 3
3
3
3
1
sn
Tx
Tx
Tx
2
sn
Tn
Tn
Tn
3
E
sn
Tg
Tg
3
3
3
1
0
2
5
6
4
E'
s
s
s
5
j1
j2
j3
j4
6
R
R
R
tR
8
Ns
C
hs
hs
8
2
8
4
5
8
Ns
C
hs
hs
8
Ns
C
hs
hs
9
Sp
Sp
sp
sp
8
3
3
6
4
8
3
0
7
6
Deze sectie bevat coderingen welke regionaal worden vastgesteld. Dit voorbeeld geeft de Europese codegroepen weer.
Groep 1 geldt voor het tijdvak 06-18 hr UTC.
Groepen 2 en 3 gelden voor het tijdvak 18-06 hr UTC.
Groep 8 wordt herhaald voor elke wolkenlaag.
code
omschrijving
333
Sectie aanduiding.
1
Kengetal
sn
Waarde van de temperatuur, 0 is positief; 1 is negatief.
TxTxTx
Maximum temperatuur gedurende 06-18 UTC op tienden nauwkeurig in °C
2
Kengetal
sn
Waarde van de temperatuur, 0 is positief; 1 is negatief.
TnTnTn
Minimum temperatuur gedurende 18-06 UTC op tienden nauwkeurig in °C
3
Kengetal
E
Toestand van de grond, geen sneeuw of ijs:
0=droog
1=vochtig
2=doorweekt (plassen)
3=overstroomd
4=naakt, bevroren
5=ijzel
6=los stof/zand, deel van omgeving
7=los stof/zand, gehele omgeving
8=dikke laag los stof of zand, gehele omgeving
9=droog en gebarsten
/=bedekt met sneeuw/ijs
sn
Waarde van de temperatuur, 0 is positief; 1 is negatief.
TgTg
Grasminimum temperatuur gedurende 18-06 UTC in hele °C
Sneeuwhoogte in hele cm, of: 997 = >0,5cm;
998 = onderbroken dek;
999 = geen meting of onbetrouwbaar
5
Kengetal
j1j2j3j4
Voor alle parameters:
0 t/m 3: veranderingen in windrichting en windsnelheid:
aanvullingen met j5j6j7j8j9 verplicht: met name gegevens van voor en na windveranderingen.
4 veranderingen in temperatuur
5 maximale gemiddelde windsnelheid
6 trekrichting en snelheid van wolken
7 wolkengeslachten en wolkentoppen
8 en 9 veranderingen in luchtdruk
6
Kengetal
RRR
Neerslaghoeveelheid in de periode tR. Neerslag in hele mm. Enkele druppels = 990; 0,1 mm = 991 enz.
tR
Duur van de periode waarover de neerslag is bepaald in eenheden van 6 uur eindigend op het waarnemingstijdstip
8
Kengetal
Ns
Bedekkingsgraad in achtste delen van de betreffende wolkenlaag.
Hoogte wolkenbasis:
00 t/m 50 in stappen van 100 ft (0 t/m 5000 ft, 00 = <100; 01 = 100 ft enz). Van 56 t/m 80 in stappen 1000 ft (6000 t/m 30000 ft. Van 81 t/m 89 in stappen van 5000 ft (3500 t/m >70000 ft). 90-99 is gelijk aan h:
90
0
-
50 m
91
50
-
100 m
92
100
-
200 m
93
200
-
300 m
94
300
-
600 m
95
600
-
1000 m
96
1000
-
1500 m
97
1500
-
2000 m
98
2000
-
2500 m
99
>2500
/
onbekend
9
Kengetal
SpSpspsp
Bijzondere weersverschijnselen:
00-10 Tijdstippen waarop een weersverschijnsel begon of eindigde
11-19 Bijzonderheden over wind en zeegang
20-29 IJsafzettingen, driftsneeuw, gekleurde of zware neerslag
40-49 Zonneschijn en wolken
50-59 Bewolking over bergen en bergpassen
60-69 Bewolking in bergdalen gezien vanaf bergstations
70-79 Bijzonderheden over zicht
80-89 Wind en temperatuurveranderingen bij buien, onweer, frontpassages.
90-99 Aanvullende gegevens voor ww en W1W2
SECTIE 4 N'C'H'H'Ct
4
4
4
N'
C'
H'
H'
Ct
Sectie bevat wolkengegevens voor bergstations. De coderingen zijn gelijk als voor andere landstations, met dien verstande dat nu niet van de wolkenbasis wordt uitgegaan, maar van wolkentoppen. De codes moeten dus andersom gelezen worden. Zie voor verklaring bij de codes zonder de accenten.
Hoogte wolkentoppen boven zeeniveau in hectometers
Ct
Beschrijving bovenkant der toppen:
0=wolkenflarden
Vlakke bovenkant:
1=gesloten dek
2=kleine openingen
3=grote openingen
Golvende bovenkant:
4=gesloten dek
5=kleine openingen
6=grote openingen
7=vrijwel gesloten tot gesloten dek op optorende wolken
8=groepen wolken met optorende wolken
9=twee of meer lagen op verschillende niveaus